Ga naar de inhoud
De toekomstvacature wacht - wie durft?
Terug naar nieuws

De toekomstvacature wacht - wie durft?

Miljoenen telefoons liggen ongebruikt in lades, miljarden aan subsidies verdampen in oude industrieën. Ondertussen wachten de banen van de toekomst op invulling. 

Onlangs becijferde het Oostenrijkse onderzoeksbureau Fraunhofer Austria dat er bijna 27 miljoen oude mobiele telefoons bij Nederlanders thuis liggen te verstoffen. Telefoons die waardevolle grondstoffen bevatten, maar die niet worden benut. Twee maanden geleden kwam de plasticindustrie met een noodkreet: zonder subsidies zouden bedrijven omvallen. Het zijn telkens dezelfde signalen: systemen lopen vast, kansen blijven onbenut. 

Nederland staat vol met onbenutte kansen. Niet alleen in lades waar miljoenen oude telefoons liggen te verstoffen, maar ook op de arbeidsmarkt. Ondernemers zien markten openbreken, zoals bijvoorbeeld in de reparatiesector, maar vinden geen personeel. Werkenden verlangen naar betekenisvol werk, maar krijgen geen kans de overstap te maken. En juist daar ligt de sleutel tot vooruitgang: inzetten op toekomstbanen. 

De banen van morgen beginnen vandaag 
Met enkele cursussen kan een administratief medewerker omscholen tot stedelijk mijnwerker die edelmetalen uit telefoons haalt, een kassamedewerker tot meubelreparateur en een zorgassistent tot tijdsmaker die met technologie de werkdruk verlaagt. En zonder goed opgeleide logistiek medewerkers komt er straks geen waterstof bij de fabrieken waar monteurs de nieuwe energie-infrastructuur bouwen. Deze beroepen bestaan al in de kiem, maar krijgen geen naam, geen status en geen plek in beleid. Als we ze benoemen, zichtbaar maken en ervoor gaan opleiden, ontstaat er een beweging die verder gaat dan subsidies of losse projecten. Nu laten we ze liggen, net zoals de telefoons in onze lades. 

Investeer in opleidingen 
Het geld om deze toekomstbanen te creëren kan vrijgemaakt worden: er ligt “slapend kapitaal” in apparaten die niet worden hergebruikt, in subsidies die verdwijnende industrieën overeind houden, in investeringen zonder rendement. Stel dat we bijvoorbeeld 10% hiervan zouden gebruiken om mensen op te leiden voor de banen van morgen? Dat zou werkenden zekerheid en betekenis geven, ondernemers groei en innovatie, en de samenleving economische veerkracht in de komende transities. 

Toch ontbreekt dit perspectief in het publieke debat en bij grote werkgevers. Laten we zeggen dat we de “R&D-afdeling" van de arbeidsmarkt in onze samenleving hebben wegbezuinigd. In plaats van systemen te veranderen, wordt er alleen aan wat beleidsknoppen gedraaid, opgeleid en geworven voor banen die steeds minder relevant worden. Daarmee lopen werkgevers een groot risico voor de middellange termijn. 

Wie durft? 
Het is tijd om te stoppen met het eindeloos subsidiëren van banen van het verleden in verdwijnende industrieën. En tijd om vooral te investeren in werk wat er écht toe doet. De toekomstvacature ligt klaar. De vraag is niet óf deze banen er komen, maar wie de moed heeft ze vandaag al te publiceren.
 

Eva Helmond, projectmanager en expert Toekomst van Werk - ehelmond@goldschmeding.foundation